NVvH Chirurgendagen 2020

ABSTRACT
Categorie: Bariatrische chirurgie

Keuze van perioperatief beleid van patiƫnten met mogelijk obstructief slaap apneu heeft geen effect op complicaties bij bariatrische chirurgie: resultaten van de POPCORN studie.

SL van Veldhuisen1, S.M.M. de Castro2, R.N. van Veen2, M.J. Wiezer3, R.S.L. Liem4, 5, F.M.H. van Dielen6, A. Demirkiran7, E.G. Boerma8, E.J. Hazebroek9, 10
1Rijnstate Ziekenhuis - Lokatie Arnhem, ARNHEM, Chirurgie / Vitalys Kliniek tegen overgewicht
2OLVG - Lokatie West, AMSTERDAM, Chirurgie
3Sint Antonius Ziekenhuis - Lokatie Nieuwegein, NIEUWEGEIN, Chirurgie
4Groene Hart Ziekenhuis, GOUDA, Chirurgie
5Nederlandse Obesitas Kliniek, Zeist, Research Department
6Maxima Medisch Centrum - Lokatie Veldhoven, VELDHOVEN, Chirurgie
7Rode Kruis Ziekenhuis - Lokatie Beverwijk, BEVERWIJK, Chirurgie
8Zuyderland - Ziekenhuis Heerlen, HEERLEN, Chirurgie
9Wageningen University of Research, Wageningen, Humane voeding en gezondheid
10Rijnstate Ziekenhuis - Lokatie Arnhem, ARNHEM, Chirurgie

Introductie

Prevalentie van obstructief slaap apneu (OSA) is hoog bij bariatrische patiënten, maar vaak niet gediagnosticeerd. Hoewel dit het risico op cardiopulmonale complicaties verhoogt, is er geen consensus over perioperatief beleid. Preoperatief alle patiënten screenen voor OSA is mogelijk, maar duur en tijdsintensief. Continue postoperatieve pulsoximetrie (CPOX) lijkt een veilig alternatief.

Methode

In deze multicenter observationele cohort studie werden patiënten gemonitord met CPOX of preoperatief gescreend met poly(somno)grafie (PPG), afhankelijk van het locale standaard protocol. CPOX patiënten kregen tevens zuurstof suppletie in de eerste postoperatieve nacht. De uitslag van de PPG bepaalde of patiënten perioperatief behandeld werden met continuous positive airway pressure (CPAP). Primaire uitkomst was incidentie van cardiopulmonale complicaties. Secundaire uitkomsten waren overige complicaties, mortaliteit, opnames op de intensive care (IC) en heropnames.

Resultaten

Patiëntkenmerken waren vergelijkbaar in de CPOX groep (n=412; 50,5%) en de PPG groep (n=404; 49,5%), echter waren de PPG patiënten gemiddeld ouder (43,8±12 vs. 45,7±11, p=0,003). Cardiopulmonale complicaties traden op bij vier CPOX (0,97%) en drie PPG (0,74%) patiënten, p=0,694. In beide groepen leidde deze complicatie niet tot sterfte of IC opnames. Overige complicaties traden op in 27 CPOX (6,5%) en 34 PPG (8,4%) patiënten, waarbij één CPOX patiënt overleed door een naadlekkage. IC opnames en heropnames verschilden niet significant, al werden meer PPG patiënten opgenomen op de IC (p=0.069). Na correctie voor confounders bleven de uitkomsten ongewijzigd.   

Conclusie

Deze resultaten laten geen verschil zien tussen CPOX of PPG als perioperatief beleid qua incidentie van cardiopulmonale complicaties, welke gerelateerd zijn aan onbehandeld OSA. Toekomstige studies zijn nodig om de kosteneffectiviteit van deze perioperatieve strategieën te evalueren.